MEINRAD KNEER QUINTET

© Cees van de Ven

donderdag 16 februari 2017
Meinrad Kneer Quintet


De Berlijnse contrabassist Meinrad Kneer woonde en werkte vele jaren in Amsterdam. Zijn relatief nieuwe kwintet speelt uitsluitend composities van zijn hand. Kneers muziek, beïnvloed door verschillende muzikale stijlen zoals jazz, rock, hedendaagse muziek en vrije improvisatie, geeft deze groep vleugels en creëert nieuwe snijvlakken van onverwacht samenspel en krachtige improvisaties.

Vorig jaar bracht het kwintet hun debuut ‘Oneirology’ uit op het bekende Duitse label JazzHausMusik.

Livemuziek uit Berlijn: ‘schitterend, krachtig, animaal’ (Martin Laurentius, Jazz Thing).


Sebastian Piskorz (trompet), Gerhard Gschlössl (trombone), Peter van Huffel (altsax), Meinrad Kneer (contrabas, composities), Andreas Pichler (drums).

Geestig feestgedruis

Bassist Meinrad Kneer praat verrassend vlot Nederlands voor een Duitser. Hij verbleef dan ook anderhalf decennium in Amsterdam. Enige tijd terug trok hij naar Berlijn, waar hij dit fijne kwintet op poten zette. In Amsterdam wonen een aantal muzikanten die diverse invloeden in hun muziek laten binnensijpelen en in-and-out spelen op een hoger niveau hoger brengen. In Berlijn wonen een aantal muzikanten die hun eigen draai aan die recente ontwikkelingen geven.

Een groep met drie blazers en geen piano of gitaar biedt bijzondere mogelijkheden. En als trombone en trompet zich vervoegen bij een eenzame altsax in de frontlijn, leidt dat tot een andere sound dan de iets meer gebruikte formule met twee saxen annex trompet. Een mini-mini bigband zou je denken, al was het maar omwille van de uitgekiende ensembles, waarbij ieder instrument zijn kleur aan het ensemble gaf. Gladjes werd het echter niet. Trombonist Gerhard Gschlössl hield te veel van een dirty growl op tijd en stond. Met sardonisch genoegen gaf trompettist Sebastian Piskorz zijn trompet wat extra glans om de koperblazers te laten blinken. En dan ging altsaxofonist Peter Van Huffel even aan de haal met een bevlogen solo, alsof hij zeggen wou dat naast vorm ook inhoud belangrijk is. Van Huffel, zoon van een Belgische vader die eind jaren vijftig van Sint-Niklaas naar Canada trok, is getrouwd met een Belgische. Om de cirkel niet helemaal rond te maken wonen ze niet in Sint-Niklaas, maar in Berlijn. Zijn bio leest als de muziek: een verhaal met hybride wortels, eigenzinnige wendingen, maar met een op de achtergrond aanwezige band met een groter verhaal.

Andreas Pichler drumde zonder complexen en met power. Af en toe klonk een feestelijke New Orleans-shuffle. In plaats van de gangbare clichés erbij te spelen, zodat een Limburgs carnaval op gang kon komen, speelde Meinrad Kneer alternatieve baslijnen die de muziek een andere laag gaven. Naast de rijke gelaagde klankkleur van de blazers zorgde de tweekoppige ritmesectie ook voor enige variatie, om zich niet te laten vastpinnen op een stijl of genre.

'Tautology' gebruikte, hoe kan het anders, een motiefje dat steeds kwam opdagen. 'Open Book' was een ode aan Booker Little en klonk als groovy choraal. In een nieuw nummer zette het kwintet mij volledig op het verkeerde been. Terwijl ik, na een start met impressionistisch en vrij getoeter van de blazers, aanknopingspunten dacht te hebben bij een hedendaagse hertaling van barokmuziek, verklaarde Kneer achteraf dat het bedoeld was als 'bedoeïenenmuziek'. En bij nader inzien kon je zo naast verheven gedachten aan polyfonie en Bach evengoed aan woestijnzand en kamelen denken. 'Tre Palle Mille Lire', waarop de drummer zich kon uitleven, bleek grootstadsfunk, weggeplukt uit een lawaaierige kermis. In 'City Fireflies' liet hij zijn piepende drumstoel trouwens integraal deel uitmaken van een bruisende solo.

Een klein feestje werd het dus, daar in het verre Neerpelt, met vijf muzikanten die perfect wisten hoe ze een eigen brouwsel konden prepareren van bekende ingrediënten, tot tevredenheid van het aanwezige publiek.

(Iwein Van Malderen)

Klik hier voor foto's van dit concert door Cees van de Ven.